Schoenen met stalen neuzen.
Nee, dit is een grapje maar elk stukje metaal helpt natuurlijk.
Ik heb het principe van de detectielussen, hier op het forum, al eens uitgelegd.
Zoals je hebt kunnen lezen, in de Wiki die GCS100 heeft toegevoegd, is het principe gebaseerd om de detectielus uit resonantie te brengen door in " de spoel ", metaal te brengen en dit resonantie verlies te detecteren.
Ik weet dit omdat ik in de jaren tussen 1980 en laat zeggen 2000 wel eens werkte aan VRI's, het inregelen van deze lussen was er een belangrijk onderdeel van .
Op deze units zaten 2 potmeters, de ene om de lus in resonantie te brengen, de andere om de gevoeligheid in te stellen.
Waarbij ik erbij moet zeggen dat de gevoeligheid instellen toch wel een critisch zaakje was, want te gevoelig betekent dat er voertuigen gedetecteerd worden die er in werkelijkheid niet zijn.
Dit omdat de resonantie van deze lus ook beinvloed wordt door weersinvloeden en vervuiling van het wegdek.
Ik weet niet of dit principe van inregelen nog steeds geldt, het kan goed zijn dat sinds de komst van de betaalbare microprocessor dit volledig automatisch gebeurt.
Je hebt kunnen lezen dat elke richting meerdere lussen heeft.
Je moet proberen de lus maximaal te bezetten met metaal, dit lukt het best met de kleinere lussen, dus in ons geval de koplus aan de stopstreep.
Wat je zou kunnen proberen, als je alleen bij een op rood staande VRI arriveert, is om je brommer dusdanig te positioneren dat hij een beetje diagonaal over de koplus staat en daarbij het meeste metaal van je scooter, je motorblok, binnen de lus valt.